Als je een tegenstander wilt passeren die naast of schuin naar je toe komt lopen (zijwaarts), moet je met een aantal aandachtspunten rekening houden. Kies positie zonder bal en neem de bal mee naar de vrije ruimte. Verander van richting als je het spel geen goed vervolg kan geven. Bij het veranderen van richting moet je zorgen dat je de bal afschermt zodat je hem niet verliest. Dit doe je door de bal zo ver mogelijk van je tegenstander vandaan te houden en te wisselen van tempo. Van richting veranderen kan vanuit dribbel of combinatie met een medespeler.Let daarbij wel goed op:
1. De positie van je tegenstander en herken de vrije ruimte.
2. De positie van je medespeler en de keuze tussen 1 tegen 1 of samenspel.
3. Na de pass door bewegen naar de vrije ruimte.
Als je op deze aandachtspunten let ben je onvoorspelbaar en creëer je ruimte om jezelf of een medespeler vrij te spelen. Daarnaast is het belangrijk om na een pass of na het passeren van een tegenstander door te bewegen en niet stil te blijven staan. Het spel gaat namelijk verder en hier maak jij onderdeel van uit.